Parodontologie Praktijk Fokkema

is een verwijspraktijk voor tandvleesproblemen. Dit houdt in dat je een verwijzing van de eigen tandarts of mondhygiënist nodig hebt om een afspraak te maken. Onder het item Parodontologie tref je informatie aan over het werkgebied van de parodontoloog en wanneer een verwijzing zinvol is, maar ook wat parodontitis is en wat de relatie is tussen tandvleesontstekingen en de algemene gezondheid.

De algemene gezondheid en tandvleesontstekingen

De relatie tussen de algemene gezondheid en parodontitis, maar ook peri-implantitis is tweeledig. Beide ontstekingen aan het tandvlees veroorzaken risico’s voor de algemene gezondheid, maar andersom kan de algemene gezondheid of bepaalde medicijnen zorgen voor afwijkingen aan het tandvlees.

Bij parodontitis en peri-implantitis hebben zich diepe zakjes (pockets) gevormd tussen het tandvlees en de tanden, waarin zich veel bacteriën ophopen. De bacteriën onder het tandvlees veroorzaken een ontsteking en via dit wondoppervlak komen constant bacteriën en ook ontstekingsproducten in de bloedbaan terecht.

Als parodontitis gevorderd of vergevorderd is en ook bij vrijwel alle tanden en kiezen voorkomt, dan heeft zich een relatief groot wondoppervlak gevormd, waardoor grote hoeveelheden bacteriën voortdurend in de bloedbaan terechtkomen en een risico vormen voor de algemene gezondheid.

Hart- en vaatziekten

De bacteriën en ontstekingsproducten die bij parodontitis en peri-implantitis voortdurend vanuit het tandvlees in de bloedbaan terechtkomen hebben een negatief effect op de conditie van de bloedvatwanden. De ontstekingsproducten en ook de bacteriën vanuit het tandvlees kunnen samen met vetten of suikers in het bloed aanleiding geven tot de vorming van of de verergering van aderverkalking (atherosclerose).

In wetenschappelijk onderzoek is bewezen dat bij parodontitis het aantal ontstekingseiwitten in het bloed is toegenomen, maar ook dat deze stoffen afnemen als parodontitis succesvol behandeld is. Door de parodontale behandeling neemt het aantal bacteriën af, waardoor de ontsteking in het tandvlees ook afneemt en er minder stoffen in de bloedbaan terechtkomen en de conditie van de bloedvaten verbetert. Daarmee draagt een tandvleesbehandeling rechtstreeks bij aan een betere algemene gezondheid.

Omgekeerd betekent het dat een ongezonde mond, zoals in het geval van parodontitis en peri-implantitis, een risico vormt voor de algemene gezondheid. Daarom is het tijdig laten behandelen van parodontitis maar ook van peri-implantitis belangrijk, niet alleen voor een gezonde mond maar ook voor een gezond lichaam.

Schematische dwarsdoorsnede van een bloedvatwand met aderverkalking (atheroslcerose) 

Aderverkalking is eigenlijk een zwelling in de bloedvatwand ten gevolge van ophoping van cholesterol en dode witte bloedcellen. 1. binnenbekleding bloedvat (endotheel); 2. ophoping van cholesterol, vet, dode witte bloedcellen; 3. verkalkte kern; 4. bindweefsellaag; 5. spierlaag. 

Diabetes

De behandeling van parodontitis heeft naast het positieve gezondheidseffect op de conditie van de bloedvaten ook een positieve invloed op diabetes. Dankzij de afname van de tandvleesontsteking door de behandeling van parodontitis en de daardoor afgenomen hoeveelheid bacteriën en ontstekingsstoffen in de bloedbaan wordt de instelling van de diabetes verbeterd. In wetenschappelijk onderzoek is aangetoond dat een diabeet minder medicatie nodig heeft als de parodontitis succesvol onder controle is gebracht.

In hoeverre daarnaast parodontitis of peri-implantitis invloed heeft op het ontstaan van diabetes oftewel suikerziekte is vooralsnog onduidelijk. Daarentegen heeft suikerziekte, die onvoldoende onder controle is of nog onbehandeld is, een negatieve invloed op het verloop van een tandvleesontsteking. Voor meer informatie lees de pagina Wat is parodontitis? onder de kop Diabetes.

Reuma, kanker en Alzheimer

Steeds meer ziektes kunnen in relatie worden gebracht met parodontitis en hierin lijkt vooral de omvang van het ontstekingsoppervlak een belangrijk criterium te zijn. Dat wil zeggen dat hoe meer diepe zakjes oftewel pockets zich rondom de tanden en kiezen hebben gevormd, hoe sterker de relatie is met de betreffende ziekte of de stoffen in het bloed die kenmerkend zijn voor die ziekte. Als er diepe zakjes (pockets) aanwezig zijn dan kunnen zich hierin veel meer bacteriën ophopen, die daardoor een groter wondoppervlak met ontsteking en pus veroorzaken, zoals dit bij parodontitis en peri-implantitis het geval is.

In onderstaande foto is op de bovenarm van een proefpersoon een wond nagebootst ter grootte zo’n 20 cm² en dat de omvang van een ernstige vorm van parodontitis bij alle tanden en kiezen symboliseert. Doorgaans varieert de omvang van het parodontale wondoppervlak tussen de 5 en 20 cm². 

Ondanks dat parodontitis geassocieerd is met steeds meer ziektes is het nog onduidelijk of het een oorzaak en gevolg relatie is. Namelijk veroorzaken de ontstekingsproducten en de bacteriën, die bij parodontitis in het bloed terechtkomen, de ziekte ofwel beïnvloeden ze het verloop van de ziekte, of is het juist dat beide aandoeningen gemeenschappelijke risicofactoren delen? Dit wil zeggen dat levensstijlfactoren bepalen of iemand naast een chronische ziekte ook parodontitis ontwikkelt. In dit geval is er geen sprake van een directe oorzaak en gevolg relatie, maar nemen de risico’s op het ontstaan van beide aandoeningen toe bij de aanwezigheid van bepaalde omgevingsfactoren. Om de complexe relaties tussen parodontitis en andere ziektes te verhelderen is aanvullend onderzoek noodzakelijk.

Longontsteking en COVID-19 complicaties

Onderzoek heeft daarentegen kunnen aantonen dat het risico op een longontsteking bij kwetsbare ouderen en dementerenden hoger is bij een slechte mondhygiëne of parodontitis. Omdat deze groep ouderen vaak ook slikproblemen hebben, is het risico op een zogenaamde aspiratielongontsteking veel groter. Dit betekent dat als ouderen zich verslikken er speeksel met daarin bacteriën in de longen terechtkomen, waardoor zich een longontsteking kan ontwikkelen. Het aantal bacteriën in de mond is bij parodontitis en een slechte mondhygiëne veel groter, waardoor het risico op een longontsteking toeneemt. Het goede nieuws is dat als het gebit van deze ouderen schoon wordt gemaakt en er dus veel minder bacteriën in hun mond aanwezig zijn, het risico op longontsteking sterk afneemt.

Het hogere risico op een longontsteking bij tandvleesontstekingen is mogelijk ook de reden waarom COVID-19 patiënten met parodontitis ernstigere complicaties ontwikkelen, zoals beademing, IC behandeling of zelfs overlijden. Het hogere risico bij COVID-19 patiënten op een longontsteking is aanwezig als zij op de IC terechtkomen, in coma gehouden worden en beademd moeten worden. Hiervoor wordt namelijk een buis in de luchtpijp aangebracht, waardoor het risico op het inbrengen van bacteriën vanuit de mondholte veel groter is als deze patiënten ook ernstige parodontitis hebben.

Meer weten over de relatie tussen parodontitis en COVID-19 complicaties? Lees dan de eerder gepubliceerde nieuwsberichten over buitenlands maar ook Nederlands onderzoek. 

De invloed van hormonen en medicijnen op het tandvlees

Bovengenoemde relaties tussen parodontitis oftewel een chronische omvangrijke tandvleesontsteking en de algemene gezondheid benadrukt het belang van een goede mondhygiëne en een gezonde mond voor de algemene gezondheid. Dit betekent dan ook dat het gebit en zeker het tandvlees niet losstaat van de rest van het lichaam. Omgekeerd kunnen bepaalde lichaamsfuncties of medicijnen ook invloed hebben op de conditie van het tandvlees, doordat zij de tandvleesontsteking verergeren. Onderstaand worden de belangrijkste risicofactoren voor het tandvlees besproken.

Tijdens de zwangerschap kan als gevolg van de veranderde hormoonhuishouding het tandvlees meer ontstoken raken ofwel de ontsteking verergeren, tenminste als er zich bacteriën onder het tandvlees hebben opgehoopt en met andere woorden de mondhygiëne onvoldoende is. Zwangere vrouwen die meer ontstoken tandvlees hebben vertonen echter niet per sé meer verlies van kaakbot of wortelvlies en hebben daarmee niet noodzakelijkerwijs meer parodontitis. Tijdens de puberteit komen er door de hormonale veranderingen ook meer en ernstigere tandvleesontstekingen voor bij adolescenten.

Iets anders dat kan voorkomen tijdens de zwangerschap is dat in de laatste periode tanden en kiezen wat losser kunnen komen te staan, omdat het wortelvlies rondom de tanden en kiezen slapper wordt, maar wat niets te maken heeft met de tandvleesontsteking. Na afloop van de zwangerschap neemt dit weer af net als de toegenomen tandvleesontsteking, echter de ontsteking die van tevoren al aanwezig was zal er nog steeds zitten. Omdat bij implantaten het wortelvlies ontbreekt zullen deze in de laatste periode van de zwangerschap door de hormonale veranderingen niet losser komen te staan.

Tot slot kan zich in de loop van de zwangerschap soms een verdikking of wat wildgroei van het tandvlees optreden, een epulis gravidarum wordt dit genoemd. Onder invloed van de hormonen kan het tandvlees bij sommige zwangere vrouwen een beetje gaan groeien, dat in de meeste gevallen spontaan weer verdwijnt na afloop van de zwangerschap, maar in sommige gevallen blijft zitten of onvoldoende verdwijnt. Als de verdikking zichtbaar is of de mondhygiëne belemmert dan wordt dit door de parodontoloog weggehaald, wat in de meeste gevallen succesvol is maar soms kan het ook weer terugkomen en is het hardnekkiger.

Sommige medicijnen hebben invloed op de stofwisseling van het onderhuidse bindweefsel van het tandvlees, waardoor dit enkele maanden na het gebruik van de medicijnen kan gaan groeien. Het tandvlees wordt als het ware dikker (hyperplasie genaamd) en kan soms in extreme situaties zelfs over de hele tand heen groeien. Dit dikker geworden tandvlees veroorzaakt vaak een probleem voor het reinigen van het gebit, waardoor zich meer bacteriën ophopen en het tandvlees vervolgens meer ontstoken raakt.

Als deze tandvleesontsteking langere tijd blijft bestaan dan is het risico op het ontstaan van parodontitis of in het geval van een implantaat op peri-implantitis groter. Dit wil zeggen dat het kaakbot rondom een implantaat aangetast kan worden en in het geval van een eigen tand of kies ook het wortelvlies, dat uniek is voor het eigen gebit en bij een implantaat ontbreekt (lees de pagina Tandvleesontsteking bij implantaten). Het is echter niet zo dat dergelijke medicijnen rechtstreeks invloed hebben op het houvast van de tanden en kiezen of implantaten.

Voorbeelden van medicijnen die groei van het tandvlees kunnen veroorzaken zijn bepaalde bloeddrukverlagende middelen en medicijnen tegen de afweer die gegeven worden na orgaantransplantaties. Daarnaast veroorzaakten medicijnen tegen epilepsie, die voorheen veel gebruikt werden, ook groei van het tandvlees, maar dergelijke verouderde medicijnen worden tegenwoordig veelal niet meer gebruikt.

De beste oplossing voor het succesvol bestrijden van de verdikkingen aan het tandvlees is het betreffende medicijn te vervangen door een alternatief, dat echter lang niet altijd kan in het geval van orgaantransplantaties. In de meeste gevallen zal het tandvlees door middel van kleine operatieve ingrepen verwijderd moeten worden om een goede mondhygiëne mogelijk te maken. Daarnaast is een goede mondhygiëne cruciaal voor het succesvol wegblijven van de verdikkingen aan het tandvlees, omdat de ontsteking van het tandvlees de groei ervan doet toenemen waardoor na de behandeling de verdikkingen weer terugkomen, zeker als het veroorzakende medicijn niet is vervangen door een alternatief.